Joodse Feestdagen in ons najaar

De Protestantse Kerken vieren op de eerste Zondag van oktober een Israël-Zondag. Voor deze Zondag is bewust gekozen, omdat deze valt in een periode van een aantal aansluitende Joodse feestdagen. Laten maar zeggen “feestperioden”!

Veel feesten zijn oogst gerelateerd, maar de meeste zijn afkomstig en gedenken de uittocht uit Egypte, het 40 jarig verblijf in de Sinai-woestijn en de Negev (Zin-woestijn).

Gedurende het najaar na het einde van de zomer begint een lange lijn met feestdagen, beginnende met Rosj Hasjana, die gevierd wordt op 1- en 2 Tisjri. We wensen elkaar Sjana Tova een toe.  Op 10 Tisjri vieren we de heiligste dag van het Joodse jaar. Van zonsondergang tot zonsondergang wordt er gevast en belijdt men zijn/haar zonden, want God beslist over het lot van de mensen voor het komende jaar. Je toont de heiligheid van de aarde door geen liefde te bedrijven. Niet te wassen, eten of drinken. Orthodoxe Joden gebruiken dan geen leren schoenen, riemen e.d. uit respect voor het leven. De Synagoge is gedurende deze Jom Kipoer geopend. Men is plechtig, maar niet in de mineur, want het nieuwe jaar geeft Nieuwe Kansen. Vergelijk het maar eens met Jona en de Walvis, die ook herboren nieuwe kansen kreeg!

 

40 jaar lang heeft het Volk na de uittocht uit Egypte moeten zwerven. Een reis die per voet na enkele dagen gebeurd had moeten zijn werd door morren en zonde een omzwerving van 40 jaar. Men leefde in tenten of eigenlijk van was men onderweg tegen kwam. Vaak takken van struiken en bomen en gevonden afval. Dit op 15 Tisjri aanvangend feest, Soekkot geheten het Loofhutten Feest, gedenkt ook dat men in die 40 jaar zo goed als onder een open hemel sliep en door het dak van bladeren ‘s nachts de sterrenhemel aanschouwde. Iedereen viert het, zowel gelovige als ongelovige, want het is een Volksfeest! Voor dat het feest begint is iedereen druk bezig met het zoeken van (palm)takken, bladeren, maar ook mooie katoenen kleden. Zelfs de kleinste balkonnetjes van de kleinste appartementjes hebben een Soekah. Soms wordt er groepsgewijs een grote Soekah gebouwd voor een Nederzetting of de buurt waar men woont. Het is voor de schrijver wel een van de mooiste feesten. Gedenk wel dat de vader van het gezin, gezamenlijk vertellen, net als tijdens het Pesach Ceder, over deze omzwervingen met vragen en antwoorden. Want er moet doorverteld worden.

Bij ieder groot feest bemerk je dat het 8 dagen kan duren. Zeven plus 1. Aan het einde van het Soukkotfeest vieren we op de achtste dag, 22 Tisjri  Sjemini Atseret het Slotfeest. Tijdens deze dag wordt er gebeden om regen met een hoop voor een vruchtbaar jaar. Na zeven dagen in de Soekkah is het moeilijk om afscheid te nemen en wordt deze dag een “Dag van Samenkomen”. Voor God is het helemaal moeilijk om het afscheid te vieren en blijven we nog een dag.

Aan het einde van ons Christelijke jaar, maar wel aan het begin van onze winter tijdens de heel korte dagen, worden bij velen een “Lichtfeest” gevierd. Voor ons is deze geboorte van Christus. Voor veel heidenen gaat het om de terugkomst van het licht. Ook Joden vieren dit feest met een Chanoekiah. Een achtarmige kandelaar. Met het achtste lampje wordt ieder dag een licht ontstoken tijden dit Chanoekah van 25 Kislev t/m 2 Tevet. Eigenlijk eert men Jusdas Makkabeus, die in 167 voor Christus de Tempel heroverde van het Seleukidische Rijk, aangevoerd door Alexander de Grote (Grieken dus). Door de Makkabeeën, werd de Tempel ontdaan van afgoderij zoals beelden en priesteressen. De Tempel werd gereinigd en een achtarmige kandelaar ontstoken. Een feest van hoop voor alle Joden, die het allemaal vieren. In het stadje Naharya, dat “immer Deutsch bleibt” viert men dit feest gewoon met de kerstboom er bij! Judas mocht het einde van de strijd in niet meer meemaken. In 160 voor Christus werd hij tijdens de strijd gedood.

Maar we vergeten een feest! Simcha Tora, “Vreugde van de Wet”. Zo rond de Israël-zondag wordt juist dit feest gevierd. Jong en oud, gelovig en ongelovig. Iedereen en zelfs niet-Joodse bezoekers worden betrokken in een feest waarin gevierd wordt dat het Volk haar Wetten van God ontvangt. Op 23 Tisjri, de negende dag van Soekot genoemd, wordt in de Synagoge, tijdens een vrolijke viering het laatste hoofdstuk van de Tora (de eerste vijf boeken van het Oude testament) gelezen, waarna direct aangevangen wordt met het lezen van het eerste hoofdstuk. Dit geeft aan dat het lezen van de Tora oneindig is en nooit stopt. De lezer van het laatste hoofdstuk is de Bruidegom van de Wet, Chatan Tora genoemd en de lezer van het eerste hoofdstuk is de Bruidegom van het Begin, Chatan Bereesjiet. Tijdens de dienst danst men ommegangen, de “Hakafot” met de Torarollen gemaakt. Met de Tora onder de arm gaat men dansend door de Synagoge, ja zelfs met velen dansend de straat op. Want op deze dag, zegt het verhaal, is de Tora geschreven en wordt deze verder gelezen, want iedere keer ontdek je ook weer iets nieuws.

Kinderen en ook die jonger zijn dan 13 worden betrokken in dit geweldige feest. Ze zwaaien met vlaggetjes en over hun hoof is net als de “Huwelijks Baldakijn”, de Gebedsmantels uitgespreid. Na de dienst eet men zoetigheid.

Tijdens dit feest is men vrij van werken. De oorsprong is in de middeleeuwen. Dus ondanks het vieren van enkele duizenden jaren oud gebeuren een nieuw feest.

 

Veel van deze feesten herkennen wij, als christenen, op een andere manier en vaak met een andere betekenis en anders gevierd, is het toch weer een verbintenis. Zeker op Israël Zondag.